“Ik hoop tot een zegen te kunnen zijn”

In gesprek met Jacob Voorwinden

Als je vanuit Nederland 6500 kilometer naar het oosten rijdt, kom je uit in Mongolië: een gigantisch groot land ingeklemd tussen China in het zuiden en het Russische Siberië in het noorden. Hoewel het bijna 38 keer zo groot is als Nederland telt het maar ruim drie miljoen inwoners. Dat is het land waar Jacob Voorwinden zijn toekomst ziet.

 

“Jacob, misschien is het goed dat je je eerst even voorstelt…”

“Ik ben dus Jacob Voorwinden, 26 jaar en geboren en getogen in een christelijk gezin in Genemuiden. Na de middelbare school ben ik Interactieve Vormgeving gaan studeren en voor die studie heb ik stage gelopen in Noorwegen, waar ik ook de Noorse taal leerde. Maar ik voelde dat mijn toekomst toch niet in de vormgeving lag. Ik besloot naar een Noorse bijbelschool te gaan, en vervolgens ben ik via een Noorse zendingsorganisatie twee jaar uitgezonden naar Mongolië. En daar is de overtuiging gegroeid dat ik daar naartoe terug moet om daar het evangelie te verkondigen.”

“Dat is een mooie toekomstdroom! Sluit ook goed aan bij het thema van Manna: Verwachting. Vertel eens, wat doe je momenteel om die droom te verwezenlijken?”

“Dat wordt me vaker gevraagd: “Wat doe je op het ogenblik?” Dat is een lastige vraag. Momenteel studeer ik dus in Engeland aan het All Nation Christian College in Ware: zo’n veertig minuten rijden vanaf Londen. Die studie behelst toerusting en vorming, als voorbereiding op mijn toekomstige evangelisatiewerk. Er is een link met Hudson Taylor, de Engelse arts die in de 19e eeuw naar China trok om zending te bedrijven en daar een organisatie voor oprichtte. Op het All Nation Christian College komen mensen van zendingsorganisaties van over de hele wereld om toegerust te worden voor het zendingswerk. Maar ondertussen moet ik ook eten, en de studie moet betaald worden. Ik heb dus ook wel voor een uitzendbureau gewerkt. De studie die ik nu volg heb ik zelf gefinancierd. Ook krijg ik veel steun van familie en vrienden. Het is de bedoeling dat er straks een thuisfrontcommissie komt die ook door middel van een nieuwsbrief de communicatie met mijn achterban zal verzorgen, zodat die betrokken blijven bij mijn zendingswerk. Zelf ben ik geen ster in het regelmatig updates plaatsen op social media…”

“Je plannen zijn al behoorlijk concreet! Op welke termijn denk je naar Mongolië te kunnen gaan?”

In principe wil ik in de zomer van 2021 graag terug naar Mongolië, maar of dat gaat lukken is onzeker. Is Mongolië tegen die tijd wel open, gezien de huidige Corona-perikelen? En financieel moet het ook haalbaar zijn… Ik kan eventueel ook nog een tweede jaar studeren hier.

Als je langere tijd in Mongolië wilt verblijven heb je een werkvisum nodig. Ik zal een visum aanvragen om als docent Engels te gaan werken. Als je als buitenlander aangeeft het evangelie te willen verkondigen krijg je waarschijnlijk te maken met beperkende maatregelen. Ik wil graag terug naar Mongolië om met jongeren te gaan werken, op verschillende plaatsen en met diverse leeftijdsgroepen. Lesgeven is een goede manier om met de lokale bevolking in contact te komen. Dat heb ik tijdens mijn eerste verblijf ook gedaan. Gelukkig kan ik inmiddels zowel in het Engels als in het Mongools communiceren.”

“Hoe zit het in Mongolië eigenlijk op religieus gebied? Zijn de mensen godsdienstig?”

“Veel Mongolen zijn wel godsdienstig maar het aantal christenen is maar 1,5 procent. De meeste mensen hebben nog nooit van het evangelie gehoord. Nagenoeg alle inwoners van Mongolië zijn authentiek Mongool, er is weinig immigratie. De helft van de bevolking woont in de hoofdstad en een derde deel leeft nog een nomadenbestaan: als veehouders in tenten. Die groep is vaak Tibetaans boeddhist. Ook het animisme, natuurgodsdienst, kent veel aanhangers. Ze aanbidden voorouders en geloven in geesten die overal zijn: ze aanbidden o.a. de zon en de blauwe lucht. Sjamanen zeggen contact te kunnen leggen met de geestenwereld en daarmee te communiceren. Het is een duistere wereld met veel bijgeloof.

“Wat een andere wereld…”

Zeker. Het leven is daar ook heel anders dan bij ons, de focus ligt op andere dingen. In Europa gebeurt alles op tijd, in Mongolië hecht men meer waarde aan gebeurtenissen. Men vindt het bijvoorbeeld belangrijker om even rustig een praatje met iemand te maken dan om op tijd op een afspraak te komen. Die afspraak wacht wel. Waarmee niet gezegd is dat dat ze de hele dag voor hun tent zitten te praten, hoor! Ze zijn doorgaans de hele dag druk met hun vee: schapen, geiten, koeien, ook wel jakken en kamelen. In de steppe hebben die echt een herder nodig.”

“Je bent al twee jaar in Mongolië geweest, hebt daar dus ook kerst meegemaakt. Kun je daar nog wat van vertellen?”

“Kerst zoals wij dat kennen wordt daar niet gevierd. Ze vieren het daar als een westers feest, wel met een boom en cadeautjes maar zonder boodschap. Mongolië is heel communistisch, ze praten over een ‘nieuwjaarsboom’ en een ‘nieuwjaarsman’, hangen het feest dus op aan het nieuwe jaar in plaats van aan de kerstgedachte. In de kerk die ik daar bezocht  werd de zondag nà kerst wel een soort kerstdienst gehouden. Dat was fantastisch, met o.a. een gezamenlijke maaltijd in de kerk. En als lokale zendeling probeerde je ook wel wat te doen met kerstfeest, maar verder wordt er in het land dus niets aan gedaan.”

“Zijn er nog bepaalde gewoontes die je vanuit Genemuiden meeneemt naar Mongolië?”

“Nou, ik mis de oliebollen wel! Zowel met Oudjaar als in oktober!”

“Namens Manna een hartelijke groet en zegen over je studie toegewenst!”